Kinderergotherapie richt zich op kinderen in de leeftijd van 0-18 jaar die moeite hebben met dagelijkse activiteiten in hun eigen omgeving. Dit kunnen praktische handelingen zijn, de (fijne) motoriek of de verwerking van zintuigelijke prikkels. Problemen hierin kan leiden tot frustratie of onzekerheid.
Kinderergotherapie richt zich op het verbeteren van betekenisvolle, doelgerichte handelingen uit het dagelijks leven, thuis, op school en in de leefomgeving. Het belangrijkste dat het gaat om activiteiten die het kind zelf (weer) wil uitvoeren, of waarvan de ouders/leerkracht het belangrijk vindt dat deze uitgevoerd kunnen worden.
In de andere artikelen worden een aantal concrete voorbeelden genoemd van problemen die je zelf tegenkomt en waar een ergotherapeut bij kan helpen. Ook wordt er dieper ingegaan op wat specifiekere problematieken.
Hoe verloopt het proces nu eigenlijk vanaf het moment van aanmelden?
1. Aanmelding
Er wordt door ouders (telefonisch) contact opgenomen met de ergotherapeut en er wordt een intakegesprek ingepland op de praktijk.
2. Intake
Na de aanmelding volgt een intakegesprek waar samen met de ouders en het kind besproken wordt wat de belangrijkste problemen zijn die worden ervaren in het dagelijks leven. U neemt de volgende dingen mee naar het intakegesprek:
- Verwijsbrief van de huisarts.
- ID-kaart/paspoort/vreemdelingendocument van uw kind.
3. Diagnostiek
Na de intake wordt er verder onderzoek gedaan. Dit kan gebeuren in de vorm van een test, een observatie, een school- en/of huisbezoek. Er kan ook gevraagd worden om een vragenlijst in te laten vullen door leerkracht en/of ouders, zodat de thuis- of schoolsituatie nog beter in beeld gebracht kan worden. Na de afronding van de onderzoeksfase wordt dit besproken met ouders en wordt er gekeken of er behandeling nodig is, of dat bepaalde adviezen ook voldoende zijn. Na afloop van de diagnostische fase schrijft de kinderergotherapeut een verslag waarin de beginsituatie geschetst wordt en waar de doelen concreet in geformuleerd staan. Dit wordt (na toestemming van ouders) naar de verwijzer, school, de jeugdarts en/of eventuele andere betrokkenen gestuurd.
4. Behandeling
Behandeling vindt plaats op school of in de praktijk. Mogelijk kan er een school- of huisbezoek plaatsvinden gedurende de behandelingsfase.
Tijdens de behandelingen wordt er spelenderwijs gewerkt aan de opgestelde doelen, vormgegeven binnen de belevingswereld van het kind. Tijdens de behandelfase wordt de samenwerking met ouders en/of school zeer serieus genomen. Het is belangrijk dat er naast dat (half)uurtje op de praktijk of op school ook thuis geoefend wordt. Daarom krijgt elk kind van ons een map waar we werkjes in stoppen die thuis gemaakt kunnen worden. Zo wordt de geoefende vaardigheid nog eens herhaald en worden doelen eerder bereikt.
Er wordt intensief contact onderhouden met school/leerkracht bij doelen die binnen de schoolse situatie liggen. Zo kunnen tips en vaardigheden ook in de klas geoefend worden.
Gedurende de behandelfase wordt er veel geëvalueerd.
5. Afronding
Aan het einde van de behandeling wordt er geëvalueerd met ouders (en eventueel leerkracht) om te bespreken of alle doelen behaald zijn. Is dit het geval, dan wordt er een eindverslag geschreven waarin de eindsituatie geschetst wordt.